De rol van de arbeidsarts bij de bestrijding van COVID-19: nieuw Koninklijk besluit
Wetgeving 04 februari 2021

De rol van de arbeidsarts bij de bestrijding van COVID-19: nieuw Koninklijk besluit

De arbeidsartsen van de externe preventiediensten kunnen een belangrijke rol spelen om de verspreiding van het coronavirus in de onderneming te beperken. Ze kennen de onderneming, haar activiteiten en organisatie, en zijn vertrouwd met de risico’s en de preventiemaatregelen. Ze hebben daarnaast een neutrale rol ten aanzien van zowel de werkgevers als de werknemers, en zijn gebonden door het medisch beroepsgeheim. Dit houdt in dat de persoonsgegevens die de gezondheid betreffen bedoeld in dit besluit, beschermd worden door het medisch beroepsgeheim, en dat er in principe geen overdracht van deze gegevens mag gebeuren buiten dit medisch beroepsgeheim.

In de Codex over het Welzijn op het werk zijn een aantal algemene bepalingen terug te vinden die de arbeidsarts een rol geven in het vermijden van besmettelijke ziekten op het werk. Zo wordt uitdrukkelijk als één van de doelstellingen van de arbeidsgeneeskunde vermeld dat het gezondheidstoezicht tot doel heeft ″te vermijden dat personen tot het werk worden toegelaten die getroffen zijn door ernstige besmettelijke aandoeningen of die een gevaar betekenen voor de veiligheid van de andere werknemers″ (artikel I.4-2, f van de Codex over het Welzijn op het werk).

Verder wordt ook de rol van de arbeidsarts in het kader van het omgaan met besmettelijke ziekten op de werkvloer vermeld: ″de werknemer met een ernstige besmettelijke ziekte, die verplicht is om ziekteverlof te nemen dat aanbevolen werd door de preventieadviseur arbeidsarts op het formulier voor de gezondheidsbeoordeling, is ertoe gehouden om zonder verwijl zijn behandelende arts te raadplegen met wie de preventieadviseur-arbeidsarts contact zal hebben genomen″ (artikel I.4-71 van de Codex over het Welzijn op het werk).

De regels met het oog op de bestrijding van COVID-19 (rond contact tracing, het opleggen van quarantaine en de specifieke testen) maken geen deel uit van het reeds bestaande algemeen kader voor de strijd tegen infectieziekten op het werk (dat men terugvindt in de Codex over het welzijn op het werk). Omdat de arbeidsarts een belangrijke rol te spelen heeft in de strijd tegen de huidige pandemie, werd een nieuw Koninklijk Besluit aangenomen en gepubliceerd : het Koninklijk Besluit van 5 januari 2021 betreffende de rol van de preventieadviseur-arbeidsarts bij de bestrijding tegen het coronavirus COVID-19.

Voortaan wordt de arbeidsarts de volgende nieuwe taken toebedeeld.

Specifieke taken van de arbeidsarts in het kader van het bestrijden van de pandemie

1.Het opsporen van de hoog risicocontacten in de onderneming:

  • van zodra hij kennis heeft van een werknemer die COVID-19 positief is en deze werknemer in de onderneming aanwezig was in de dagen voorafgaand aan de afname van de test of het optreden van de symptomen
  • van zodra hij over aanwijzingen beschikt dat er een risico op een uitbraak bestaat in de onderneming

2.Het verstrekken van een quarantaineattest

3.Het doorverwijzen voor de afname van een test op COVID-19 van de volgende werknemers die fysiek aanwezig zijn op het werk

  • Werknemers die door de arbeidsarts als een hoogrisicocontact worden geïndenficieerd
  • Werknemers voor wie de arbeidsarts oordeelt dat een test noodzakelijk is om in de onderneming een (dreigende) uitbraak onder controle te houden, in het kader van clusterbeheer
  • Werknemers die gewoonlijk niet in België verblijven en hier slechts tijdelijk werkzaam zijn, en waarvan er minstens één symptomen vertoont of positief heeft getest op COVID-19, in het kader van clusterbeheer
  • Werknemers die in het kader van hun werk buitenlandse verplaatsingen moeten maken en waarbij een negatieve COVID-19 test noodzakelijk is om hun werk te kunnen uitvoeren
  • Werknemers in bepaalde specifieke omstandigheden wanneer hiertoe wordt beslist door de bevoegde overheid met instemming van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en sociaal Overleg.

4.Het afnemen van een test COVID-19 

Deze test kan eveneens afgenomen worden door verpleegkundig personeel (dat onder de verantwoordelijkheid van de arts valt). 

5.Uitvoering van het gezondheidstoezicht tijdens de periode van het bestrijden van de pandemie

Voor de duur van de gezondheidscrisis geeft de arbeidsarts voorrang aan bovenvermelde taken boven zijn andere opdrachten en taken in het kader van het gezondheidstoezicht bedoeld in de Codex.

Uitzonderingen:

  • Na overleg met de werkgever bepaalt de arbeidsarts welke opdrachten en taken inzake gezondheidstoezicht bij voorrang moeten verricht worden (ook rekening houdend met essentiële functies).  Het comité wordt hierover ingelicht
  • De arbeidsarts kan beslissen om volgende consultaties via videoconsultatie of telefonisch te doen: onderzoek bij werkhervatting, moederschapsbescherming, spontane raadpleging, medische vragenlijsten (aanvullende medische handelingen) en bezoek voorafgaand aan de werkhervatting.  Vermeld dit in het medisch dossier!

 

Tarifering

De aanrekening van de prestaties gebeurt volgens de bestaande bepalingen van de Codex.

 

Meer informatie