9 juni 2023
De bedwants maakt al enige tijd terug opgang in onze contreien. Hoewel gestoken worden door een bedwants op zich ongevaarlijk is, raden we aan onmiddellijk in te grijpen wanneer je bedwantsen vaststelt in een werkomgeving. Dat doe je best met een professionele verdelger.
Bedwantsen zijn kleine vleugelloze insecten, ter grootte van een appelpit. Ze leven van het bloed van hun menselijke of dierlijke gastheer. Na elke maaltijd vervellen ze en worden ze groter en donkerder. Na vijf keer vervellen, zijn ze volwassen en kunnen ze zich voortplanten. De wants legt dan witte eitjes die blijven plakken aan meubelen, muren of kledij.
De cimex lectularius kan maandenlang overleven zonder te eten. Ze zijn zeer klein en verbergen zich in kleine nauwtes en spelonkjes. Denk aan de zomen van de matras, de gaasbodem, achter loskomend behangpapier, in stopcontacten. De bedwants kan niet springen en vliegen, en kan geen metalen oppervlakken beklimmen. Ze zijn vooral ’s nachts actief en slaan toe wanneer de gastheer slaapt. Ze leven in de nabije omgeving van waar deze slaapt.
Waarschijnlijk zijn ze resistent geworden aan vele van onze insecticiden. Ook wordt er steeds meer gereisd, en hotels, waar de beestjes zich kunnen nestelen in onze reistas, bieden een dankbaar onderkomen voor deze diertjes.
De bedwants prikt bij voorkeur in het bovenlichaam: het gezicht, de neus, de schouders, handen en armen, maar niet uitsluitend. Bij het prikken injecteren ze een (mild) gif en zuigen bloed. Dat gif werkt verdovend en gaat stolling tegen. Zo blijft de gastheer nietsvermoedend en kan de bedwants langer bloed zuigen. De gastheer blijft achter met rode vlekken die lijken op muggenbeten en die enkele dagen kunnen aanhouden.
De beet is op zich ongevaarlijk. Ze veroorzaakt geen ziektes en vereist normaal gesproken geen medische zorg. Wel bestaat er een risico op ontsteking wanneer je de wonde openkrabt. Ook zijn sommige personen allergisch aan de beten, met als mogelijke reacties jeukende blaasjes op de huid en ademhalingsproblemen.
Het belangrijkste risico is voor personeel dat veel met beddengoed te maken krijgt. Denk aan zorgpersoneel, personeel in zorgcentra, onderhouds- en poetspersoneel, personen tewerkgesteld in ziekenhuizen, hotels maar ook aan brandweerlieden, politie, personeel in kazernes, … .
Reisadvies
Preventie op het werk
Hoewel goede hygiëne op zich niet rechtstreeks preventief is om bedwantsen tegen te gaan, kan regelmatig grondig schoonmaken er wel toe leiden dat je hen eerder op het spoor kan komen. Ook is een goed onderhouden ruimte, waarbij er zo weinig mogelijk schuilplaatsen worden gelaten voor de wantsen, beter dan een plaats met verlaten hoekjes en gaatjes, en loszittende of -hangende lambrisering, tapijten, plinten en behangpapier.
Volgende tekens kunnen wijzen op de aanwezigheid van bedwantsen:
Helaas kom je er met louter goede hygiëne niet. Zit je met bedwantsen, dan moet je professionele verdelgers inschakelen. Ga na waar de wantsen zich bevinden en of ze zich hebben uitgebreid naar andere kamers in hetzelfde gebouw. Gebruik geen insecticiden: je zal er de wantsen enkel mee naar andere schuilplaatsen verjagen.
De verdelgingsfirma zal een bestrijdingsplan opstellen. Er bestaan verschillende methodes waarvan zij gebruik kunnen maken: bijvoorbeeld de blootstelling aan een zeer hoge temperatuur (60°C) of juist een zeer lage (-14°). Ook bestaan er chemische middelen.
Uiteraard mag de bestrijding zich niet beperken tot een enkele ruimte. Het hele gebouw kan geïnfesteerd zijn. Betrek dus zeker de (mede-)beheerder(s) van het gebouw moet(en) bij de bestrijding.