In het kader van de Internationale Dag van Gebarentalen verscheen reeds het artikel "Doofheid op het werk" op onze website.  In dit artikel gaan we dieper in op de gebarentaal, of liever, de gebarentalen.

1. Er zijn evenveel gebarentalen als taalgemeenschappen

« Echt waar? Maar waarom zou je het ingewikkeld maken als het ook eenvoudig kan?". Die bedenking is onterecht, want dan zou je je omgekeerd ook kunnen afvragen: "Waarom heeft de mensheid er niet voor gekozen om over heel de wereld slechts één enkele gesproken taal te gebruiken?". Dat is niet logisch, toch? Hetzelfde geldt voor gebarentaal : dove personen zijn niet geboren op dezelfde plaats of op hetzelfde moment en hebben dan ook niet op een bepaald moment gezamenlijk besloten om via één enkele code te communiceren in de hele wereld. Net als de gesproken talen heeft ook elke gebarentaal haar eigen karakter, afhankelijk van haar cultuur en geschiedenis. Het is namelijk een iconografische taal : ze wordt gedeeltelijk opgebouwd op basis van de visuele voorstellingen van de omgeving waar ze wordt gebruikt. Of, anders gezegd, dove personen in Japan zullen een huis op een andere manier uitbeelden dan iemand uit Duitsland, want de architectuur van die beide gemeenschappen is niet dezelfde. Toch kunnen we die dualistische visie ook enigszins nuanceren. Iemand die gebarentaal als moedertaal heeft of die een uitstekende kennis heeft van een gebarentaal, zal na een conversatie van enkele minuten of uren in staat zijn te converseren en zijn gesprekspartner min of meer te begrijpen, ook al is die persoon afkomstig uit het buitenland. 

2. Gebarentaal is een erkende taal in België

In België zijn er zelfs twee gebarentalen ! De ene, de "Langue des Signes de Belgique Francophone", wordt gebruikt door de Franstalige gemeenschap in het zuiden van het land en de andere, de Vlaamse Gebarentaal, door de Vlaamse gemeenschap in het noorden. Gebarentalen zijn echte levende talen die beantwoorden aan taalkundige criteria en die werden erkend door de Federatie Wallonië-Brussel en door de Vlaamse gemeenschap.

3. Toegankelijk voor iedereen

Iedereen kan gebarentaal gebruiken. Het leren ervan wordt, net als bij elke andere taal, gemakkelijker door de motivatie en de regelmaat waarmee de taal wordt gebruikt in contact met dove of slechthorende personen.

Ken je geen gebarentaal, maar wil je toch communiceren met een doof persoon, geen zorgen ! Enkele eenvoudige reflexen kunnen de interactie al veel vlotter laten verlopen.
 

Houd nooit je handen voor je mond

De dove of slechthorende persoon zal willen liplezen om te begrijpen wat je zegt. Daarom is het ook belangrijk om goed te articuleren zonder te overdrijven en om niet met je rug naar het licht te gaan staan, zodat je gezicht duidelijk zichtbaar blijft.  


Maak oogcontact met de dove persoon

Voordat je de persoon aanspreekt, dien je eerst duidelijk te maken dat je zijn of haar aandacht wil trekken. Het gezichtsveld van de persoon binnenstappen en een teken geven met je hand volstaat. Het wordt afgeraden om een doof of slechthorend persoon langs achteren te benaderen en bijvoorbeeld op de schouder te tikken. 


Beweeg !

Ben je geen expert in gebarentaal ? Je hebt andere mogelijkheden : je lichaamstaal en je gezichtsuitdrukkingen. Beide elementen zijn erg belangrijk en helpen de dove of slechthorende persoon om je boodschap te begrijpen. Mime kan helpen, maar het is niet nodig om daarvoor je beste Charlie Chaplin-imitatie uit de kast te halen. Met mate te gebruiken dus. En bij echte moeilijkheden kan je ook het een en ander opschrijven om misverstanden te vermijden ! 

Valérie Neysen
Communication Officer
Cohezio